Onze honden zijn betoverde wolven. En ze betoveren ons mensen altijd met hun vriendschap en loyaliteit. Het is al duizenden jaren een intieme relatie. Ze geven ons vaak veel meer dan wij hen geven. We moeten wat meer nadenken over het eten.
Alle uitersten zijn fout
De hond is geen carnivoor en zeker geen droogvoereter. Hij kan beide krijgen, maar niet uitsluitend. Iedereen die uitersten vertegenwoordigt, streeft andere belangen na dan het welzijn en de gezondheid van uw hond. Hoe moet je weten hoe je het goed moet doen? En daar sluit de cirkel: van de wolven, natuurlijk, vertellen ze ons.
Wat eet de wolf?
Hij eet eerst de ingewanden van zijn prooi, niet alleen de organen zoals de lever, longen en hart, maar ook de darmen en de maag met al zijn inhoud: voorverteerde plantaardige stoffen, bladeren, bloemen, vruchten en zaden, allemaal gebroken door levende enzymen en rijk aan alle vitamines - vooral vitamine K en het vitamine B-complex - geproduceerd door de maag- en darmbacteriën van de prooi. Met de planten krijgt de wolf een groot aantal secundaire plantaardige stoffen binnen, waarvan er vele ook in de geneeskunde als remedie worden gebruikt. En hij krijgt antioxidanten. Dit zijn stoffen die vrije radicalen in het lichaam binden en essentieel zijn om ontstekingen te voorkomen of te verminderen. Natuurlijk eet hij ook spiervlees, bindweefsel en botten. Als hij rijpe bessen vindt, neemt hij ze graag mee.
De wolf heeft dat allemaal nodig. Dat heeft je hond ook allemaal nodig!
Nu, met de beste wil van de wereld, kun je hem zo niet voeden. Maar hij verdient zeker wat meer inspanning dan alleen blikvoer, droogvoer of gewoon rauw vlees. De weg naar het hart gaat door de maag en de juiste voeding is het beste medicijn. Dit is niets nieuws. Als je je eraan houdt, bespaar je je hond en jezelf een hoop leed. Het is zonder veel moeite mogelijk om ontbrekende stoffen naar behoefte en zonder vervalsing door het voer te mengen.
Uw hond zal u dankbaar zijn met activiteit, levensvreugde en een lang leven. Tekorten sluipen langzaam binnen en de gevolgschade treedt pas met vertraging op. Een onvoldoende gevoed lichaam kan een noodprogramma lang volhouden, het lijdt stil en vaak onopgemerkt. Maar op een gegeven moment wordt de schade duidelijk: problemen met de spijsvertering, met de huid of misvormde botten bij jonge honden, een verlies voor het leven. Hier begint de reparatiewerkplaats met medicijnen: vaak een vicieuze cirkel waaruit niet meer te ontsnappen valt, een levenslange beproeving als de oorzaken niet op tijd worden weggenomen.