Uw hond, uw kat - ja, en ook mensen - hebben ongeveer 50 essentiële voedingsstoffen nodig (aminozuren, vitamines, mineralen, vetten). Het lichaam kan deze stoffen niet zelf aanmaken, maar ze zijn essentieel omdat ze absoluut noodzakelijk zijn voor gezonde orgaanfuncties.
Daarom moeten deze voedingsstoffen uit voedsel worden gehaald. Slechts twee van deze essentiële voedingsstoffen behoren tot de vetten en oliën, namelijk linolzuur (LA, omega-6 vetzuur, tweevoudig onverzadigd) en alfa-linoleenzuur (ALA, omega-3 vetzuur, drievoudig onverzadigd). Deze twee vertegenwoordigers van de omega-3 en omega-6 vetzuren zijn dan ook de belangrijkste essentiële vetzuren (EFA). Ze zijn o.a. Bekend om zijn positieve effect op de functies van de huid van dieren (vacht, vacht; bijv. bij jeuk, eczeem), op ontstekingsprocessen in het lichaam en het cardiovasculaire systeem. EFA's zijn belangrijke componenten van de celmembranen (celenveloppen) en zijn nodig voor hun gezonde functie - dat wil zeggen, ze dienen om de cellen gezond te houden en dus uiteindelijk het hele stofwisselingsproces!
De aanduiding Omega-3 geeft de positie van de eerste dubbele binding van het vetzuur aan. In dit voorbeeld bevindt de eerste dubbele binding zich bij het 3e koolstofatoom, geteld vanaf het einde van de koolstofketen (vandaar omega = laatste letter van het Griekse alfabet), tegenover de carboxygroep (COOH-groep) die kenmerkend is voor vetzuren. Aan de andere kant, als de eerste dubbele binding zich op het 6e koolstofatoom bevindt, wordt het vetzuur omega-6 genoemd.
Niet alleen de absolute hoeveelheid vetopname uit het voer is bepalend, maar vooral de verhouding omega-6 tot omega-3 vetzuren in het voer (dit geldt in alle opzichten ook voor de menselijke voeding!).